Van Cuik behaalde te Leuven de tweede plaats in de derde linie, leeraarde eenigen tijd aan de Latijnsche school te Turnhout, werd in 1790 kapellaan te Schijndel en in 1803 rector der bidplaats in de Kerkstraat. Na de vernietiging dezer bidplaats nam hij maart 1814, onder den titel van rector, van de St. Janskerk bezit. Zijne eenvoudigheid, gepaard met een onvermoeiden ijver in het verkondigen van Gods woord, stichtte de geloovigen. | 318 |
Ferd. Franssen e.a., Bossche Bijdragen I (1917) 105
L.H.C. Schutjes, Geschiedenis van het bisdom 's Hertogenbosch IV (1873) 295, 318